Ontwikkelen van e-learningmodules: Difference between revisions

From CPIO
Jump to navigation Jump to search
No edit summary
 
(38 intermediate revisions by one other user not shown)
Line 1: Line 1:
==Vormen van e-learning modules==
Het CPIO biedt zowel onderwijskundige als technische ondersteuning bij het ontwikkelen van e-learningmodules.<br>Het CPIO heeft expertise op de volgende gebieden:
Er zijn een aantal mogelijkheden:
* ''Teksten schrijven voor een beeldscherm
# Oefeningen die in '''BlackBoard''' worden gemaakt en afgenomen. Dit kan de docent in principe zelf, maar kan ook samen met het CPIO worden ontwikkeld.
* ''Vraagconstructie
#* Voordelen:
* ''De verschillende beschikbare tools, en welke waarvoor het meest geschikt is
#*#Direct te koppelen aan BlackBoard, met statistieken, release-data en overzicht cijfers
* ''De verschillende vraagtypen/paginatypen die in de verschillende tools mogelijk zijn
#*#Eenvoudig door docent te onderhouden
 
#* Nadelen:
De modules zijn meestal in de vorm van oefentoetsen, die het werkcollege kunnen vervangen, maar andere vormen zijn ook mogelijk. Er kunnen ook video's of animaties gemaakt worden.
#*#Geen feedback direct na beantwoorden vraag
 
#*#Alleen beschikbaar voor de studenten van deze cursus
# Formatieve toetsen van het elektronische toetsprogramma '''Remindo''' die als oefentoets kunnen worden aangeboden. Ook dit kan de docent in principe zelf.
#*Voordelen:
#*#Redelijk eenvoudig door docent te onderhouden
#*#Uitgebreide analyse van de resultaten
#*#Meer vraagtypen mogelijk dan in BlackBoard
#*Nadelen:
#*#Geen koppeling naar BlackBoard
#*#Studenten moeten per module worden toegewezen
# Ontwikkeling in '''[[Xerte]]'''
#*Voordelen:
#*#Veel mogelijk
#*#Voor iedereen beschikbaar
#*#Makkelijk te onderhouden voor docenten
#*#Ook in BlackBoard te koppelen
#*Nadelen:
#*#Niet alle gegevens worden opgeslagen
#*#Buiten BlackBoard geen inlog mogelijk
#*Voorbeeld: Ontwikkelingsbiologie, module [https://xerte.uu.nl/play.php?template_id=361 Hamster]


==Ontwikkeling door CPIO==
==Ontwikkeling door CPIO==
Bij het CPIO worden de COO-modules op maat geproduceerd in overleg met de docent.<br>
Docenten kunnen zelf modules maken, waarbij het CPIO dan onderwijskundige input en technische ondersteuning kan bieden.
De modules zijn meestal in de vorm van oefentoetsen, die het werkcollege kunnen vervangen, maar andere vormen zijn ook mogelijk. Er kunnen ook video's of animaties gemaakt worden. <br>Hierna zal voornamelijk gesproken worden over het ontwikkelen in de eigen omgeving, hoewel het hele ontwikkelproces ook gebruikt kan worden voor ontwikkeling met de andere platforms (BlackBoard en Remindo).
 
Het CPIO kan ook de volledige ontwikkeling (in overleg met de inhoudsdeskundige) helemaal voor zijn rekening nemen. Zodra een docent daarna ook zelf in de module veranderingen aanbrengt, is deze ook verantwoordelijk voor de module en het herstellen van mogelijke fouten en bugs. Het CPIO zal dan alleen nog op verzoek wijzigingen aanbrengen.
 
Het ontwikkelproces van een e-learningmodule ziet er als volgt uit:
 
===Werkwijze===
Hieronder worden de stappen beschreven. Scripten vergt daarvan de grootste tijdsinvestering: zo'n 80% van de ontwikkeltijd. Hierin worden bijvoorbeeld bij elke vraag voor alle mogelijke antwoorden feedback geformuleerd, en beeldmateriaal gezocht.
 
===''1. Intake''===
Eerst wordt een inventarisatie uitgevoerd, waarin wordt besproken:
* Wat is de reden dat er voor een COO wordt gekozen?
* Welk probleem wordt hiermee hopelijk opgelost, en wordt bepaald of dat zo is?
* Hoeveel tijd heeft de docent om hieraan te werken?
* Welk materiaal is er al beschikbaar?
* Wanneer moet het gebruikt worden?
 
===''2. Scripten''===
Aan de hand van het aangeleverde lesmateriaal wordt in stappen een script gemaakt waarin alle pagina's en vragen helemaal zijn uitgewerkt. Bij een standaard lay-out is dit script vrij simpel. Over korte perioden van bijvoorbeeld een week wordt het laatst ontwikkelde deel van het script goedgekeurd en kan dat worden geprogrammeerd. Omdat tijdens het programmeren vaak blijkt dat een andere vorm beter werkt, kan het voorkomen dat een vraag al meteen tijdens het scripten al wordt geprogrammeerd, en de docent direct de geprogrammeerde vraag kan beoordelen.
 
===''3. Programmeren''===
Programmeren gaat ook in stapjes, voordat het scripten van de totale module is afgerond.
Dat betekent dat in de overlegmomenten zowel het laatste deel van het script, als van de module worden besproken.
 
===''4. Testen''===
* Eerste test door programmeur
* Tweede test door docent
* Derde test door student-assistenten
Deze laatste stap wordt wegens tijdgebrek soms overgeslagen. Voordeel van deze laatste stap is dat de studentassistenten die straks de studenten begeleiden al weten waar de e-learning over gaat.
 
===''5. Gebruiken''===
#Het meeste effect hebben deze modules als ze worden ingeroosterd, en de studenten er aan koppels aan moeten werken. Studenten die dit alleen thuis doen, hebben veelal de neiging om gewoon 'door te klikken' en de juiste antwoorden te noteren. Het leereffect is dan nihil.
#Van elke sessie kunnen desgewenst de gegevens worden opgeslagen voor evaluatie.
#Afhankelijk van de instellingen van de module kunnen ze opengesteld worden voor een algemeen publiek of alleen voor een specifieke groep gebruikers. Desgewenst kunnen ze ook als SCORM-module in een ander platform zoals BlackBoard of Ulearning worden gebruikt.
 
===''6. Evaluatie''===
#Voor het evalueren van het gebruik van een Xerte-module is een statistische module beschikbaar (zie [Inzetten van e-learningmodules]].
#Voor het evalueren van de gebruikerstevredenheid is geen standaard evaluatie; evaluatie kan via een extra vraag in Caracal. Eventueel kan op de laatste pagina een link gegeven worden naar een specifieke enquête.


==Kosten / tijdsinvestering==
==Kosten / tijdsinvestering==


Een gemiddelde oefentoets heeft een ontwikkeltijd van ongeveer 120 uur, en heeft de volgende kenmerken:
Een gemiddelde oefentoets heeft een ontwikkeltijd van ongeveer 60 uur (tijd van CPIO), en heeft de volgende kenmerken:
* ongeveer 40 vragen, inclusief subvragen zijn dat 50-60 vragen
* ongeveer 30 vragen
* een aantal informatiepagina's
* afbeeldingen bij de meeste pagina's (liefst uit het boek)
* een student is er ongeveer 90 min mee bezig
* een student is er ongeveer 90 min mee bezig
* heeft hooguit 3 korte animaties
* eventueel enkele video's
* de lay-out is standaard
* de lay-out is standaard
* de ruwe vragen worden door de docent aangeleverd
* de ruwe vragen worden door de docent aangeleverd
* alle inhoud is terug te vinden in een boek
* alle inhoud is terug te vinden in een boek (liefst met digitale afbeeldingen)
* er is één docent bij betrokken
* er is één docent bij betrokken


Alles waarin afgeweken wordt van de bovenstaande punten zal extra ontwikkeltijd opleveren. <br>
Alles waarin afgeweken wordt van de bovenstaande punten zal extra ontwikkeltijd kunnen opleveren. <br>
Deze 120 uur is uitsluitend tijd van het CPIO; de docent zal daarnaast ook zelf tijd kwijt zijn voor het aanleveren van de vragen en het controleren van het script.
Deze 60 uur is uitsluitend tijd van het CPIO; de docent zal daarnaast ook zelf tijd kwijt zijn voor het aanleveren van de vragen, controleren van het script en beoordelen van de e-learning zelf.
 
==Applicaties voor e-learning modules==
Er zijn een aantal mogelijke applicaties voor de ontwikkeling van e-learning.<br>
Hieronder een opsomming van applicaties waar het CPIO expertise in heeft, met voor- en nadelen, gerangschikt op in hoeverre de docent hier makkelijk zelfstandig mee kan werken:
===BlackBoard===
* Voordelen:
*#Door docent te ontwikkelen en onderhouden
*#Direct te koppelen aan BlackBoard, met statistieken, release-data en overzicht cijfers
*#Docent en leerlingen zijn al bekend met het platform
* Nadelen:
*#Geen feedback direct na beantwoorden vraag
*#Alleen beschikbaar voor de studenten van deze cursus
 
==='''Remindo'''===
In Remindo zijn ook formatieve toetsen- mogelijk.
*Voordelen:
*#Redelijk eenvoudig door docent te maken en te onderhouden
*#Uitgebreide analyse van de resultaten
*#Meer vraagtypen mogelijk dan in BlackBoard
*Nadelen:
*#Geen koppeling naar BlackBoard
*#Studenten moeten per module worden toegewezen


Andersoortige COO's zijn ook mogelijk, zoals simulaties.
===Ulearning===
*Voordelen:
*#Redelijk eenvoudig door docent te maken en te onderhouden
*#Veel opties voor gebruikersbeheer, statistieken en evaluatie
*#Veel opties voor (groeps-)opdrachten
*Nadelen:
*#Grafische interface kan niet bewerkt worden


==Werkwijze==
===Xerte===
Er zijn een aantal stappen:
Hierin zijn de meeste e-learningmodules door het CPIO gemaakt.
#Intake
*Voordelen:
#Scripten
*#Veel mogelijkheden
#Programmeren
*#Zonder inlog beschikbaar voor studenten
#Testen
*#Dashboard met resultaten en statistieken
#Gebruiken
*#Ook in BlackBoard te koppelen als SCORM-module, zonder score
#Evalueren
*Nadelen:
Scripten vergt de grootste tijdsinvestering: zo'n 80% van de ontwikkeltijd. Hierin worden bijvoorbeeld bij elke (sub)vraag voor alle mogelijke antwoorden feedbacks geformuleerd, en beeldmateriaal gezocht.  
*#Ontwikkelen en onderhoud voor docenten lastiger
===1 Intake===
Eerst wordt een inventarisatie uitgevoerd, waarin wordt besproken:
* wat is de reden dat er voor een COO wordt gekozen?
* welk probleem wordt hiermee hopelijk opgelost, en wordt bepaald of dat zo is?
* hoeveel tijd heeft de docent om hieraan te werken?
* welk materiaal is er al beschikbaar?
* wanneer moet het gebruikt worden?
===2 Scripten===
Aan de hand van het aangeleverde materiaal wordt in stappen een script gemaakt waarin deze vragen helemaal zijn uitgewerkt. Bij een standaard lay-out is dit script vrij simpel. Over korte perioden van bijvoorbeeld een week wordt het laatst ontwikkelde deel van het script goedgekeurd en kan dat worden geprogrammeerd. Omdat tijdens het programmeren vaak blijkt dat een andere vorm beter werkt, kan het voorkomen dat een vraag tijdens het uitwerken al wordt geprogrammeerd, en de docent direct de geprogrammeerde vraag kan beoordelen.


===3 Programmeren===
===Lectora===
Wat nog niet tijdens het scripten is gebeurd wordt in het laatste stadium gedaan, evenals het toevoegen van paginaverwijzingen, score etc.
Hierin is een enkele module geprogrammeerd, waarbij van de lineaire route door de module moet worden afgeweken. Een voorbeeld daarvan is Selectie en drift.
===4 Testen===
*Voordelen:
* eerste test door programmeur
*#Veel mogelijkheden
* tweede test door docent
*#Ook mogelijkheid om variabelen te gebruiken, waardoor verschillende routes door de module mogelijk zijn
* derde test door student-assistenten
*#Zonder inlog beschikbaar voor studenten
Deze laatste stap wordt wegens tijdgebrek vaak overgeslagen. Voordeel van deze laatste stap is dat de studentassistenten die straks de studenten begeleiden al weten waar de COO over gaat.
*#In BlackBoard te koppelen als SCORM-module, met score
===5 Gebruiken===
*Nadelen:
#Het meeste effect hebben deze modules als ze worden ingeroosterd, en de studenten er aan koppels aan moeten werken. Studenten die dit alleen thuis doen, hebben veelal de neiging om gewoon 'door te klikken' en de juiste antwoorden te noteren. Het leereffect is dan nihil.
*#Ontwikkelen en onderhoud voor docenten te ingewikkeld
#Van elke sessie kunnen in de toekomst de gegevens worden opgeslagen om (de antwoorden op) de vragen te evalueren. Deze optie heeft echter vertraging van enkele jaren opgelopen door de privacy-wetgeving, hoewel er hiervoor geen persoonlijk herleidbare gegevens worden opgeslagen.
#De modules staan op het internet, vrij toegankelijk voor de hele wereld.


===6 Evaluatie===
===LabBuddy===
#Er is geen standaard evaluatie; evaluatie kan via een extra vraag in Caracal.
Dit is specifiek voor ondersteuning van practica. Elke module bestaat uit een website (startboek) en een ExperD (Experiment ontwerper). De website is zonder inloggen beschikbaar, maar voor de ExperD moeten de studenten zijn toegevoegd. Ontwikkeling van een LabBuddy-module kost heel veel tijd: start minstens 2 maanden van te voren met ontwikkeling. Voor ons kost dit 100-200 uur, maar als docent moet je ook goed nadenken over hoe de module eruit komt te zien. Elk practicum is weer anders (leert de ervaring), en moet weer op maat ontworpen worden.
#In de toekomst is hopelijk een mogelijkheid voor het evalueren van de antwoorden
*Voordelen:
*#Veel mogelijkheden op de website, en nog meer in de ExperD
*#In ExperD kan gewerkt worden met variabelen, aan de hand waarvan informatie en vragen al of niet verschijnen.
*#Koppeling vanuit BlackBoard mogelijk waardoor de benodigde inlog kan worden overgeslagen
*Nadelen:
*#Ontwikkelen en onderhoud voor docenten te ingewikkeld
*#Geen directe koppeling met BlackBoard, dus alle studenten moeten met de hand ingevoerd worden (via een bestand met namen en e-mailadressen)

Latest revision as of 08:25, 16 August 2023

Het CPIO biedt zowel onderwijskundige als technische ondersteuning bij het ontwikkelen van e-learningmodules.
Het CPIO heeft expertise op de volgende gebieden:

  • Teksten schrijven voor een beeldscherm
  • Vraagconstructie
  • De verschillende beschikbare tools, en welke waarvoor het meest geschikt is
  • De verschillende vraagtypen/paginatypen die in de verschillende tools mogelijk zijn

De modules zijn meestal in de vorm van oefentoetsen, die het werkcollege kunnen vervangen, maar andere vormen zijn ook mogelijk. Er kunnen ook video's of animaties gemaakt worden.


Ontwikkeling door CPIO

Docenten kunnen zelf modules maken, waarbij het CPIO dan onderwijskundige input en technische ondersteuning kan bieden.

Het CPIO kan ook de volledige ontwikkeling (in overleg met de inhoudsdeskundige) helemaal voor zijn rekening nemen. Zodra een docent daarna ook zelf in de module veranderingen aanbrengt, is deze ook verantwoordelijk voor de module en het herstellen van mogelijke fouten en bugs. Het CPIO zal dan alleen nog op verzoek wijzigingen aanbrengen.

Het ontwikkelproces van een e-learningmodule ziet er als volgt uit:

Werkwijze

Hieronder worden de stappen beschreven. Scripten vergt daarvan de grootste tijdsinvestering: zo'n 80% van de ontwikkeltijd. Hierin worden bijvoorbeeld bij elke vraag voor alle mogelijke antwoorden feedback geformuleerd, en beeldmateriaal gezocht.

1. Intake

Eerst wordt een inventarisatie uitgevoerd, waarin wordt besproken:

  • Wat is de reden dat er voor een COO wordt gekozen?
  • Welk probleem wordt hiermee hopelijk opgelost, en wordt bepaald of dat zo is?
  • Hoeveel tijd heeft de docent om hieraan te werken?
  • Welk materiaal is er al beschikbaar?
  • Wanneer moet het gebruikt worden?

2. Scripten

Aan de hand van het aangeleverde lesmateriaal wordt in stappen een script gemaakt waarin alle pagina's en vragen helemaal zijn uitgewerkt. Bij een standaard lay-out is dit script vrij simpel. Over korte perioden van bijvoorbeeld een week wordt het laatst ontwikkelde deel van het script goedgekeurd en kan dat worden geprogrammeerd. Omdat tijdens het programmeren vaak blijkt dat een andere vorm beter werkt, kan het voorkomen dat een vraag al meteen tijdens het scripten al wordt geprogrammeerd, en de docent direct de geprogrammeerde vraag kan beoordelen.

3. Programmeren

Programmeren gaat ook in stapjes, voordat het scripten van de totale module is afgerond. Dat betekent dat in de overlegmomenten zowel het laatste deel van het script, als van de module worden besproken.

4. Testen

  • Eerste test door programmeur
  • Tweede test door docent
  • Derde test door student-assistenten

Deze laatste stap wordt wegens tijdgebrek soms overgeslagen. Voordeel van deze laatste stap is dat de studentassistenten die straks de studenten begeleiden al weten waar de e-learning over gaat.

5. Gebruiken

  1. Het meeste effect hebben deze modules als ze worden ingeroosterd, en de studenten er aan koppels aan moeten werken. Studenten die dit alleen thuis doen, hebben veelal de neiging om gewoon 'door te klikken' en de juiste antwoorden te noteren. Het leereffect is dan nihil.
  2. Van elke sessie kunnen desgewenst de gegevens worden opgeslagen voor evaluatie.
  3. Afhankelijk van de instellingen van de module kunnen ze opengesteld worden voor een algemeen publiek of alleen voor een specifieke groep gebruikers. Desgewenst kunnen ze ook als SCORM-module in een ander platform zoals BlackBoard of Ulearning worden gebruikt.

6. Evaluatie

  1. Voor het evalueren van het gebruik van een Xerte-module is een statistische module beschikbaar (zie [Inzetten van e-learningmodules]].
  2. Voor het evalueren van de gebruikerstevredenheid is geen standaard evaluatie; evaluatie kan via een extra vraag in Caracal. Eventueel kan op de laatste pagina een link gegeven worden naar een specifieke enquête.

Kosten / tijdsinvestering

Een gemiddelde oefentoets heeft een ontwikkeltijd van ongeveer 60 uur (tijd van CPIO), en heeft de volgende kenmerken:

  • ongeveer 30 vragen
  • een aantal informatiepagina's
  • afbeeldingen bij de meeste pagina's (liefst uit het boek)
  • een student is er ongeveer 90 min mee bezig
  • eventueel enkele video's
  • de lay-out is standaard
  • de ruwe vragen worden door de docent aangeleverd
  • alle inhoud is terug te vinden in een boek (liefst met digitale afbeeldingen)
  • er is één docent bij betrokken

Alles waarin afgeweken wordt van de bovenstaande punten zal extra ontwikkeltijd kunnen opleveren.
Deze 60 uur is uitsluitend tijd van het CPIO; de docent zal daarnaast ook zelf tijd kwijt zijn voor het aanleveren van de vragen, controleren van het script en beoordelen van de e-learning zelf.

Applicaties voor e-learning modules

Er zijn een aantal mogelijke applicaties voor de ontwikkeling van e-learning.
Hieronder een opsomming van applicaties waar het CPIO expertise in heeft, met voor- en nadelen, gerangschikt op in hoeverre de docent hier makkelijk zelfstandig mee kan werken:

BlackBoard

  • Voordelen:
    1. Door docent te ontwikkelen en onderhouden
    2. Direct te koppelen aan BlackBoard, met statistieken, release-data en overzicht cijfers
    3. Docent en leerlingen zijn al bekend met het platform
  • Nadelen:
    1. Geen feedback direct na beantwoorden vraag
    2. Alleen beschikbaar voor de studenten van deze cursus

Remindo

In Remindo zijn ook formatieve toetsen- mogelijk.

  • Voordelen:
    1. Redelijk eenvoudig door docent te maken en te onderhouden
    2. Uitgebreide analyse van de resultaten
    3. Meer vraagtypen mogelijk dan in BlackBoard
  • Nadelen:
    1. Geen koppeling naar BlackBoard
    2. Studenten moeten per module worden toegewezen

Ulearning

  • Voordelen:
    1. Redelijk eenvoudig door docent te maken en te onderhouden
    2. Veel opties voor gebruikersbeheer, statistieken en evaluatie
    3. Veel opties voor (groeps-)opdrachten
  • Nadelen:
    1. Grafische interface kan niet bewerkt worden

Xerte

Hierin zijn de meeste e-learningmodules door het CPIO gemaakt.

  • Voordelen:
    1. Veel mogelijkheden
    2. Zonder inlog beschikbaar voor studenten
    3. Dashboard met resultaten en statistieken
    4. Ook in BlackBoard te koppelen als SCORM-module, zonder score
  • Nadelen:
    1. Ontwikkelen en onderhoud voor docenten lastiger

Lectora

Hierin is een enkele module geprogrammeerd, waarbij van de lineaire route door de module moet worden afgeweken. Een voorbeeld daarvan is Selectie en drift.

  • Voordelen:
    1. Veel mogelijkheden
    2. Ook mogelijkheid om variabelen te gebruiken, waardoor verschillende routes door de module mogelijk zijn
    3. Zonder inlog beschikbaar voor studenten
    4. In BlackBoard te koppelen als SCORM-module, met score
  • Nadelen:
    1. Ontwikkelen en onderhoud voor docenten te ingewikkeld

LabBuddy

Dit is specifiek voor ondersteuning van practica. Elke module bestaat uit een website (startboek) en een ExperD (Experiment ontwerper). De website is zonder inloggen beschikbaar, maar voor de ExperD moeten de studenten zijn toegevoegd. Ontwikkeling van een LabBuddy-module kost heel veel tijd: start minstens 2 maanden van te voren met ontwikkeling. Voor ons kost dit 100-200 uur, maar als docent moet je ook goed nadenken over hoe de module eruit komt te zien. Elk practicum is weer anders (leert de ervaring), en moet weer op maat ontworpen worden.

  • Voordelen:
    1. Veel mogelijkheden op de website, en nog meer in de ExperD
    2. In ExperD kan gewerkt worden met variabelen, aan de hand waarvan informatie en vragen al of niet verschijnen.
    3. Koppeling vanuit BlackBoard mogelijk waardoor de benodigde inlog kan worden overgeslagen
  • Nadelen:
    1. Ontwikkelen en onderhoud voor docenten te ingewikkeld
    2. Geen directe koppeling met BlackBoard, dus alle studenten moeten met de hand ingevoerd worden (via een bestand met namen en e-mailadressen)